Pagina's

donderdag 29 juli 2010

Ontaarde moeders


Verscheurd worden tussen werk en gezin, ken je dat gevoel? Het gekke is dat mannen daar geen last van schijnen te hebben. Een typisch vrouwenkwaal dus. Hoe komen we daar vanaf? En is het wel terecht dat we ons zo voelen?

In de vakantieperiode gaan mijn kinderen drie dagen naar de Naschoolse Opvang (NSO), die dan de hele dag opvang biedt, zodat ik toch nog aan werken toe kan komen. Helaas vinden de kindern dat niet echt heel fijn. Ook vanmorgen was het weer raak. Met een hoop gemopper lopen ze de boel te traineren net zo lang tot ik echt boos wordt. Dan weten ze dat ze te ver gegaan zijn en laten ze zich gedwee meevoeren als vee dat naar het slachthuis moet.

Op zulke ochtenden voel ik mij een ontaarde, slechte, harteloze moeder, omdat ik niet aan hun wensen tegemoet kom. Omdat ik ze aflever bij die “vreselijke”, veel te strenge juffen. Omdat ze liever thuis willen blijven waar ze blijkbaar alles mogen wat daar niet kan. Aan de ene kant streelt het je ego, omdat je blijkbaar toch iets goed doet, ze willen tenslotte liever bij jou zijn. Maar aan de andere kant is er ergernis en boosheid, omdat het lijkt of je met jouw werk en jouw ontplooiing je kinderen tekort doet.


Vooral de allereerste keer toen ik mijn oudste kind, net drie maanden oud, voor het eerst naar de opvang bracht werd ik als door de bliksem getroffen door het gevoel van verscheurd worden. De hele dag was ik er kapot van en kwam er niets uit mijn handen, ik hoorde mijn kind voortdurend huilen. Vanaf dat moment heeft gelukkig mijn man het brengen van mij overgenomen en was er voor mij alleen het ophalen. Een makkelijkere rolverdeling.

Als kind heb ik dit zelf nooit meegemaakt. Mijn moeder was huisvrouw, dus altijd thuis. “Doen wij het slechter dan onze moeders?” vraag ik mij geregeld af? Ik kan het mijn moeder niet meer vragen, want ze was al overleden toen mijn kinderen geboren zijn. Maar ik kom toch steeds dichter bij het antwoord. Mijn conclusie: het gevoel is volledig onterecht, zit in je eigen hoofd en je kan er zelf wat aan doen.

Vroeger was het echt niet beter, er is alleen een generatieverschil. Mijn ouders waren heel jong toen wij geboren zijn. Jarenlang hadden ze hun handen vol aan zichzelf en hun relatie. Wij kregen helemaal niet zoveel aandacht als we wel eens denken. Er was een veel grotere (emotionele) afstand tussen ouders en kinderen dan nu het geval is. Wij werden gewoon naar buiten gestuurd als het mijn moeder even teveel was.

Er wordt wel gezegd dat wij nu makkelijk de opvoeding door anderen (school en kinderopvang) laten doen, maar vroeger was het helemaal niet anders. In welgestelde gezinnen was een kindermeisje of een huishoudster die de rol van opvoeder overnam. En wat dacht je van de hele grote gezinnen van vroeger. Mijn grootmoeder had 11 kinderen. Hoeveel knuffels, aandacht en opvoeding hebben die kinderen in hun jonge jaren van haar gehad?


Vrouwen, moeders, er is helemaal niets mis mee om aandacht aan jezelf te geven. Werken geeft voldoening, daagt je uit, houdt je jong, geeft energie, dus kan alleen maar positief uitpakken. Want laten we wel zijn als jij lekker in je vel zit heeft dat zijn weerslag op het gezin. Ben jij tevreden met jezelf en je leven dan straalt dat ook af op je kinderen. Hoeveel ontevreden moeders waren er vroeger? Dat weten we niet, want daar werd niet over gepraat. Wat we wel weten is dat uit onderzoek blijkt dat in Nederland de kinderen gelukkig zijn.

Mijn kinderen mogen blij zijn dat ze een ondernemende moeder hebben, daar kunnen ze alleen maar voordeel uit halen en een voorbeeld aan nemen. En dat daar ook nadelen aan zitten is helemaal niets mis mee. En zo erg is het helemaal niet, want als ik ze dan aan het eind van de dag ophaal van de NSO roepen ze vaak: “Ben je er nu al!”.

donderdag 1 juli 2010

Wat drijft de mens?

We denken vaak dat we alleen werken voor geld. Maar is dat echt wel zo? De mens wordt gedreven door hebzucht en is daardoor bereid om te werken. Maar klopt dat wel? Vragen als werken we om te leven of leven we om te werken, doen zich daarbij voor. Een reflectie op wat ons drijft in ons werk gebaseerd op de ideeën van Dan Pink.

Er is een tijd geweest dat er geen geld bestond, toen werden we niet gedreven door geld om iets te bereiken en onszelf te ontwikkelen. En ontwikkeld hebben wij ons, vooral sinds de industriële revolutie. De ontdekkingsreizigers, kunstenaars, uitvinders zijn allemaal aan de slag gegaan om iets te bereiken, zonder zich af te vragen of er geld of enige compensatie tegenover zou staan. Dat deden ze allemaal vanuit een intuïtief gevoel, een heilig moeten, een idee, een wens of een vermoeden dat achter de horizon een interessante beloning zou liggen.

Toch heeft de westerse samenleving zich ontwikkeld op basis van de gedachte dat we moeten werken voor de kost. Gedreven door hebzucht is een economisch systeem ontstaan waaruit we ons nauwelijks kunnen ontworstelen. De grote econoom Keynes zei ooit dat: Gemeen is nuttig eerlijk niet. Voor het succes van zijn theorie is hebzucht noodzakelijk. Maar ook zei hij dat waarschijnlijk binnen zo’n 100 jaar zijn theorie achterhaald zou zijn. Ik denk dat we aardig in die richting zijn gekomen.

Niet alleen de manier waarop we werken maar ook onze opvattingen over de rol van werk in ons dagelijks leven is sterk in beweging. De Amerikaan Dan Pink schrijft over deze veranderende rol van werk. Hij stelde zich terecht de vraag: Wat drijft de mens? Hij heeft een hiervoor een wetenschappelijke onderbouwing gevonden en is tot de conclusie gekomen dat de mens gedreven wordt door drie elementen: Autonomie – Ontplooiing – Zingeving. Primair wordt de mens dus niet gedreven door geld. Hij gaat zelfs zover dat als wij ons alleen richten op het maken van winst de producten en diensten die we leveren van een lagere kwaliteit zijn dan wanneer we iets doen wat tegemoet komt aan de drie elementen.

Dan Pink geeft hierover geregeld lezingen en workshops. Op YouTube is de volgende interessante film te bewonderen die zijn bevindingen visueel illustreert. De moeite van het bekijken meer dan waard, al was het alleen maar door de leuke animatie.


 
De conclusie:
Als het motief alleen winst maken is dan blijkt uit onderzoek dat niet de beste producten en diensten ontwikkeld worden. De mens is meer uit op zingeving dan op geld verdienen. En als we daarbij de mens ook nog weer als mens gaan beschouwen in plaats van machines of arbeidskrachten is er nog hoop voor de toekomst. Zodra we ons in het werk kunnen bezig houden op een autonome en zingevende manier en onszelf voortdurend kunnen verbeteren is het mogelijk om de wereld een beetje mooier te maken.