Pagina's

woensdag 25 augustus 2010

Communiceren is zo verdomd lastig

Laatst had ik een afspraak in het IJsselpaviljoen in Zutphen. Ik was daar al eens geweest dus wist waar het was. Ruim op tijd zat ik met een kopje koffie te wachten op mijn afspraak. Ongeveer 10 minuten na de afgesproken tijd ging mijn telefoon: waar ik bleef.

Totaal verbouwereerd pakte ik mijn spullen, rekende de koffie af en verplaatste mij van nummer 1 naar nummer 11 in dezelfde straat. Wat was er fout gegaan? Hoe had ik deze informatie over het hoofd kunnen zien? Ik begreep er niets van. Bij nader inzien klopte de mij toegestuurde informatie en was ik dus in de fout gegaan. Ik had niet goed gelezen.

Trots stond mijn gesprekspartner mij op nummer 11 al op te wachten. Vol enthousiasme liet hij mij zijn, een paar dagen eerder, gehuurde kantoor zien. Een ding wist ik zeker: de volgende keer zou het direct goed komen en weet ik ook nummer 11 feilloos en op tijd te vinden.

Omdat ik toch wel graag gelijk wil hebben, maar ook van mijn fouten wil leren heb ik de situatie nogmaals doorgenomen. Wat was het geval. Aanvankelijk was de afspraak gepland in het IJsselpaviljoen. De dag voor onze afspraak had mijn gesprekspartner mij nog een kaartje toegestuurd van de betreffende locatie. Ik had de mail geopend en heel kort bekeken. Heel attent dat kaartje maar overbodig, want de locatie was mij bekend.

Het venijn zat hem echter in de aanvullende zin. Zonder enige formaliteit werd vermeld dat ik verwacht werd op zijn nieuwe kantoor nummer 11. Achteraf weet ik nog dat ik dacht: hé een typo, dat moet nummer 1 zijn. Ongetwijfeld in de flits van een seconde heb ik even een kleine glimlach gemaakt vanwege de aanduiding: mijn nieuwe kantoor. We zouden elkaar vast en zeker vaker in Zutphen ontmoeten, was mijn conclusie, en waarom niet op zo’n leuke locatie aan de IJssel.

Maar ook nu weer blijkt dat communicatie zo verdomd lastig is. Of het nu om lezen, praten of luisteren gaat, het blijft ingewikkeld om iemand iets in woorden over te dragen. Vooral als het voor jezelf zo helder is als wat. Wat voor de een heel gewoon is blijkt voor een ander iets heel aparts of bijzonders te zijn wat nadere uitleg behoeft.

Communicatie wordt wel eens omschreven als: de kunst om zo dicht mogelijk langs elkaar heen te praten. Nou dat is in dit geval weer voor 100% bewezen. Ik heb er weer wat van geleerd. Niet alleen dat ik de volgende keer beter moet lezen, maar vooral over mijn gesprekspartner en zijn manier van communiceren. En de wetenschap dat communicatie zo moeilijk kan zijn. Soms zeggen beelden meer dan 1000 woorden, helaas ging dat juist vanwege de aanvullende woorden in dit geval niet op.

dinsdag 17 augustus 2010

Water komt niet altijd uit de kraan

We zijn een bevoorrecht volk, want bij ons komt schoon drinkwater gewoon uit de kraan. Bij zo’n alledaags feit staan we niet eens meer stil. Zoals zoveel andere zaken heel gewoon zijn. Neem nu de koelkast, de wc, het drinken van melk, het eten van vlees, de gang naar de supermarkt waar alles te koop is, we denken er gewoonweg niet meer bij na.

Toen ik jong was en voor het eerst water met bubbeltjes dronk, wat pas later de term koolzuurgas meekreeg, vond ik dat ronduit smerig. Ik kende alleen het water uit de kraan, zonder bubbels. Maar goed alles went dus ook water met koolzuurgas. Op feestjes werd niet anders geserveerd als je geen alcohol wilde.

Na jaren gedachteloos water met een bubbeltje gedronken te hebben, gewoon gekocht per krat, sloeg op zekere dag de ontnuchtering toe. Ik was zo naïef om bij de slijter op te merken dat een kratje water toch wel veel goedkoper was dan het kratje bier van mijn lief. Waarop de slijter fijntjes opmerkte en daarbij zijn handelsgeest de kop in drukte: “Het kan nog goedkoper, mevrouw, want het komt geheel gratis bij u thuis uit de kraan”. Let wel het woord ‘duurzaamheid’ was toen nog niet uitgevonden en het feit dat plastic zo vervuilend was had ik ook nog niet meegekregen.

Die ene opmerking van de slijter heeft mij enorm aan het denken gezet. Internet had je toen nog niet dus of water uit de kraan nu gezond was of niet kon je niet zo makkelijk nagaan. Maar toch ben ik uiteindelijk weer gewoon water uit de kraan gaan drinken, zonder bubbels, eigenlijk veel lekkerder. Maar ja in die tijd kon je je gasten toch geen kraanwater voorzetten! Dus de gang naar de slijter, hoewel in een minder hoge frequentie, hielden we erin.

Nu jaren later, ná Al Gore, is het allerminst raar om je gasten kraanwater voor te zetten, tenminste als ze dat liever hebben dan een vruchtensapje of alcohol. Al jaren vraag ik in restaurants gewoon water uit de kraan. Niet om op de rekening te besparen, maar uit principe. Toch zijn er nog steeds restaurants die op die bestelling met uitgestreken gezicht durven te zeggen dat ze dat niet (mogen) serveren. Waarna je vervolgens de prijs voor ‘een heel krat water uit plastic flessen’ op de rekening krijgt bijgeschreven.

Ik ben het meer dan zat! In restaurants waar ze weigeren kraanwater te serveren ga ik niet meer eten. Uit principe. Het is toch te gek dat we water van zeer goede kwaliteit uit onze kraan kunnen laten stromen, maar toch water kopen in plastic flessen! Heeft u het volgende filmpje wel eens gezien over de enorme plastic berg die dit gedrag veroorzaakt.



Zo aardig confronterend, niet? En dan te bedenken dat er landen zijn waar ze helemaal geen schoon water hebben. Laat staan water uit een kraan. Waar vrouwen en meisjes uren moeten lopen in de brandende zon om water te halen. Waar kinderen sterven voor hun eerste jaar, omdat er geen schoon water is. Waar akkers verpieteren, omdat de beekjes en riviertjes droogvallen. Waar mensen niet zomaar even naar de winkel kunnen gaan om eten te kopen of een kratje water.

Nee dan de westerse wereld daar moet water uit een plastic flesje gedronken worden, want dat is trendy. Allemaal ingesleten gewoontes, allemaal door de hype en omwille van de mode en erbij willen horen. Maar vooral omdat we niet meer nadenken!

donderdag 5 augustus 2010

De productiefactoren van de toekomst

Hebben we niet allemaal op school geleerd dat er drie productiefactoren van belang zijn in het economisch handelen, te weten: arbeid, grond en kapitaal. De komst van internet heeft zo’n enorme impact dat het drie nieuwe productiefactoren tot gevolg heeft: kennis, creativiteit en relaties.

De manier waarop de productiemiddelen worden aangewend en de samenstelling van de juiste combinatie bepaalt het concurrentievoordeel voor een onderneming. Basisstof economie op school waarvan miljoenen leerlingen ooit kennis namen. Als student dringt het pas veel later tot je door wat dit eigenlijk betekent. Toch hoop ik dat er op dit moment een ander geluid te horen is tijdens de economielessen. De wereld is de laatste jaren namelijk drastisch veranderd.

We werken nog steeds niet op een nieuwe manier
Na het industriële tijdperk zijn we in de jaren ’90 aanbeland in het digitale tijdperk. De komst van de PC in de jaren ’80 heeft veel handmatig werk geautomatiseerd, waardoor de arbeidsproductiviteit met sprongen vooruit ging. Met de komst van internet ging helemaal een wereld voor ons open en lagen de ongekende mogelijkheden aan onze voeten. Toch hebben we nog niet voldoende de vruchten geplukt van wat het digitale tijdperk ons biedt. We kunnen hooguit wat makkelijker en sneller communiceren dan voorheen.

Het merendeel van de hedendaagse managers zijn niet opgegroeid met internet. De meesten hebben de PC zien komen en tijdens hun carrière pas kennis gemaakt met internet. Daardoor zijn de PC en internet ingepast in de manier van werken en niet andersom. Helaas moeten we constateren dat ondanks het massale gebruik van internet en ICT de meeste bedrijven nog georganiseerd zijn op de manier zoals gebruikelijk was in het industriële tijdperk. Hiërarchisch aangestuurd met minimale eigen inbreng.

Vernieuwing hangt in de lucht
Toch zien we allerlei publicaties en bewegingen ontstaan over het nieuwe werken. Een kentering is zichtbaar en voelbaar. Vooral jongere of technisch georiënteerde bedrijven beginnen het licht te zien en beginnen te experimenteren. De jongere generatie werkers – de Digital Natives – die wél opgegroeid zijn met internet gaan er heel anders mee om. Voor hun heeft de PC en internet altijd al bestaan. Niets nieuws onder de zon.

Het belangrijke verschil met de oude manier van werken is dat de mens leidend is geworden en niet de technologie. Natuurlijk was de mens in het productieproces aanwezig in de vorm van arbeid, maar daar hield het ook direct weer bij op. De mens als individu met al zijn bijzondere eigenschappen werd niet op die unieke eigenschappen aangesproken. Vandaar ook de nieuwe productiefactoren: kennis, creativiteit en relaties, typisch menselijke aspecten.

Kennis, creativiteit en relaties
Willen we de druk van de opkomende economieën (India, China, Brazilië) het hoofd bieden zullen we ons volledig moeten richten op deze nieuwe productiefactoren. Wie niet sterk is moet slim zijn. Nederland heeft altijd voorop gelopen in ondernemerschap en kunstzinnigheid. Laten we die eigenschappen weer massaal inzetten. Laten we nu echt de kenniseconomie worden die we al jaren beogen te zijn.

Eurocommisaris Kroes riep tijdens de ICT Delta 2010 op om vooral te investeren in kennis van ICT. Als we kennisontwikkeling en creativiteit bundelen en onze relatienetwerken optimaal inzetten, o.a. via Social Media, zijn we in staat om nichemarkten aan te boren en te ontginnen. Hiermee kunnen we de concurrentie voorblijven. Wie voorop loopt domineert de markt, trekt de early adaptors aan en kan de prijs bepalen.