Pagina's

vrijdag 29 april 2011

Wat heeft het gezin met het werk te maken?

Onlangs was ik bij een lezing van Paul de Blot op Nyenrode. Nog steeds ben ik geraakt door de boodschap die hij uitdroeg. Blijkbaar heb ik iets heel wezenlijks ervaren.

“In ons werk streven we het liefst naar een gevoel van thuis zijn” verklaarde de Blot. “Wij willen erbij horen, gewaardeerd worden, in harmonie samen zijn, gezamenlijk problemen oplossen en zaken realiseren zodat ons voortbestaan gewaarborgd is. Kortom wij zijn op zoek naar een familieband.” Bij mij sloeg die opmerking in als een bom. Jarenlang heb ik mij in zeer vijandige macho-omgeving staande weten te houden. ’s Morgens zette ik een knopje om en deed mijn ding en ’s avonds ging het knopje weer andersom en was ik een ander. Werk en privé waren strikt gescheiden. Zo heb ik jarenlang kunnen overleven. Maar erg gelukkig heb ik mij in die periode nooit gevoeld.

Actief blijven houdt gezond
Professor Dr. Paul de Chauvigny de Blot SJ is sinds 2006 hoogleraar Business Spiritualiteit aan de Business Universiteit Nyenrode. Hij is zoals hij zelf zegt op zoek naar de mystiek van het zakendoen. Al een aantal jaar ben ik geabonneerd op zijn blad: Business Spiritualiteit Magazine, waaruit ik al veel inspiratie heb opgedaan. Dus werd het hoog tijd om hem een keer in levende lijve te horen spreken.

De ontmoeting met de Blot begon al op de parkeerplaats waar ik mijn auto naast die van hem had geparkeerd. Geanimeerd liepen we samen naar het hoofdgebouw. Direct was ik in de ban van de warme en hartelijke uitstraling van deze man op leeftijd. Nee ik hoefde niets voor hem te dragen, hij had alles onder controle, vertelde hij. Zolang hij dat allemaal nog zelf kan regelen blijft hij in het land lezingen geven, dat houdt hem jong. Deze ontmoeting was echt de moeite waard.

De eerste boodschap, die Paul de Blot ook daadwerkelijk zelf ter hand neemt, is als je actief blijft en je geest blijft oefenen en een goede balans weet te vinden tussen werk en privé dan kan je tot op hoge leeftijd in goede gezondheid aan de samenleving meedoen. Kijk naar de mensen in de bejaardentehuizen, zij oefenen niet meer, gaan roesten en worden kasplantjes. Hij kan het weten want zelf is hij al 86 jaar!

Keerpunt en ellende
Dat knopje omzetten heb ik heel lang kunnen doen. Tot het moment dat ik mijn eigen gezin had, toen begon er iets te wringen. Ineens paste de gevoelens niet meer en ging ik in mijn werk op zoek naar de geborgenheid en veiligheid van thuis. Maar die was ver te zoeken. Dus ben ik ermee aan de slag gegaan. Ik ging het gesprek aan, stelde de onbalans aan de orde. Ineens werden mensen om mij heen mensen in plaats van arbeidskrachten en collega’s. Er ontstonden gesprekken met diepgang, aandacht en genegenheid, in plaats van de gebruikelijke afstandelijke houding. En toen begon de ellende pas echt.

Van de manager werd verwacht dat hij afstand hield. Mensen moesten resultaten opleveren, buffelen, werken voor hun geld, overuren maken, doen wat er gezegd werd. Ik herinner mij een keer de opmerking van mijn baas (alleen dat woord “baas” al! Een hond heeft een baas.) dat ik mijn team meer moest controleren en ze strakker houden. Maar ik merkte juist dat het tegenovergestelde werkte. Mijn antwoord naar mijn baas was: “Het is geen kleuterklas, het zijn professionals, zelfstandig denkende volwassenen die prima voor zichzelf kunnen denken”. Daar heb ik bij hem geen punten mee gescoord.

Meer incidenten deden zich voor, zoals de keer dat mijn baas zei dat een van mijn teamleden zich beter moest kleden. Deze man hield van nonchalante kreukpakken en droeg het liefst geen stropdas. Ik moest hem dus vertellen dat het anders moest, maar ik heb geweigerd. Het typeerde het karakter van de man, een creatieveling, goed in zijn vak, ik vond het prima zoals hij erbij liep. Ook dat heeft mij geen pluspunten opgeleverd.

Roulerend voorzitterschap
En dan de keer dat ik in mijn team het roulerend voorzitterschap introduceerde en ik ook eens een keer achterover kon leunen tijdens een vergadering. Ik hoor nog de echo van de snerende opmerking van mijn baas in mijn oor: “Je kan het zelf zeker niet aan, hè? Daarom delegeer je de boel maar.” Allemaal gebaseerd op controle als resultante van angst. Door mijn acties heb ik mijzelf heel geleidelijk buiten spel gezet. Ik zag het aankomen, maar ik kon niet anders.

De tijd was er blijkbaar nog niet rijp voor om de organisatie als een gezin te beschouwen. Zeker niet in de branche waarin ik werkte. En nog zijn veel bedrijfstakken er niet klaar voor. “Een gezin”, propagandeert de Blot, “heeft als grondslag samenleven, zorgen voor elkaar, elkaar helpen en steunen. Het is het kenmerk van duurzaamheid want je wil dat het blijft bestaan. En waarom zouden we die kenmerken niet overnemen in het zakenleven?”

De kanteling begint
Ik zie de laatste jaren gelukkig bij steeds meer bedrijven een kentering ontstaan. Bedrijven met een maatschappelijke verantwoordelijkheid zien de positieve eigenschappen van het gezin en richten steeds vaker hun organisatiemodel daar op in. Onderwerpen als diversiteit, persoonlijk leiderschap, zelfsturing, maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzaamheid passen daar in. Toch is en blijft het een voortdurend leerproces, net zoals dat in het gezin het geval is tussen ouder en kind. Maar dat maakt het juist zo boeiend.

Door het betoog van professor de Blot zijn mijn ogen geopend waarom ik mij jarenlang niet echt gelukkig heb gevoeld in mijn werk. Ik was voortdurend op zoek naar de verbinding tussen werk en privé. Dat heb ik de afgelopen jaren overigens prima weten te realiseren en daarom voel ik mij nu happy in wat ik doe. En voor mij staat vast: ik blijf tot hoge leeftijd actief!

vrijdag 1 april 2011

Crisis op de arbeidsmarkt

De eerste signalen van een komende krapte op de arbeidsmarkt beginnen langzaam zichtbaar te worden. Kunnen we daarmee concluderen dat de crisis voorbij is? Of dient daarmee een nieuwe crisis zich aan?

We weten al jaren dat de babyboomgeneratie, geboren net na de oorlog, vanaf dit jaar massaal uit het arbeidsproces zal vertrekken. Daar hebben wij ons al jaren op voorbereid, toch? Diverse prognoses geven aan dat tussen nu en 5 jaar het tekort zal oplopen tot ca. 1 miljoen mensen! Gelukkig zijn er al bijna 1 miljoen zelfstandigen actief, anders zouden we ons pas echt zorgen moeten maken.

Opkomende markten
In sommige sectoren maken ze zich niet zo druk. De ICT industrie bijvoorbeeld denkt krapte op de arbeidsmarkt op te kunnen vangen door outsourcing. Dit houdt in dat productie wordt verplaatst naar lagelonenlanden. Op zich is dat met de komst van de digitale mogelijkheden prima te realiseren. Maar het is slechts een korte termijn actie, ofwel symptoombestrijding.

We vergeten namelijk een belangrijk aspect waarvan de eerste signalen ook al zichtbaar worden. De lagelonenlanden zullen hun prijzen gaan verhogen, omdat de vraag uit de eigen regio en de andere opkomende industrieën toeneemt. En jezelf verkopen kan je maar een keer, dus dan wel graag aan de hoogste bieder. Een relatie van mij doet zaken met China, hij constateert dat de arbeidskosten de laatste jaren al met 25% zijn gestegen en dat dit nog maar het begin is.

We moeten dus nu met alternatieven komen om de krapte die gaat komen en voor de volgende crisis gaat zorgen, op te vangen. Er is hoop want er is nog voldoende winst te behalen uit onze eigen arbeidsmarkt. Een aantal voorbeelden:

Voorkomen van Mentaal Verzuim*
Uit onderzoek blijkt dat het mentaal verzuim bij organisaties ca 40% betreft. Mentaal verzuim heeft betrekking op het onvoldoende bijdragen aan de resultaten door gebrek aan motivatie en betrokkenheid. Het gaat hier om mensen die vaak onbedoeld een geringere bijdrage leveren dan waar ze voor zijn ingehuurd. Dat kent verschillende oorzaken zoals werkdruk, stress, onprettige cultuur, pesten op de werkvloer en het moeilijk combineren van werk en privé.

Sociale innovatie
Innovatie is belangrijk om voorsprong te houden op de opkomende industrieën en daarmee aantrekkelijk te zijn voor arbeidskrachten. Maar het echte voordeel halen met innovatie ligt niet aan de technische kant maar bij de mens – sociale innovatie. Hoogleraar Henk Volberda van de Erasmus Universiteit geeft aan dat sociale innovatie 75% van het geheel uitmaakt en dat daar nog de meeste winst te behalen valt. Sociale innovatie heeft te maken met slimmer werken, anders werken, creativiteit, beter communiceren en meer met gevoel werken.

Digitale mogelijkheden benutten
Door de mogelijkheden die wij nu tot onze beschikking hebben is tijd- en plaats ongebonden werken mogelijk. Dit aspect is nog verder te kapitaliseren. Nu nog ongebruikt talent kan nog beter benut worden. Mensen met een bepaalde afstand tot de arbeidsmarkt, zoals mensen met een beperking, allochtonen, ouderen en vroegtijdige schoolverlaters. Maar vooral ook vrouwen die nu niet of voor korte tijd werken kunnen we mogelijkheden bieden om werk en privé op elkaar te laten aansluiten.

Door talentmanagement
Dit houdt in dat we niet langer de mensen aanpassen aan de baan door ze naar allerlei trainingen te sturen die ze diep in hun hart toch niet zien zitten. Maar dit betekent mensen aanspreken op hun passies en daaromheen een baan creëren. Mensen die aangesproken worden op hun talent presteren beter.

Persoonlijk Leiderschap
Mensen hebben de neiging om te luisteren naar wat hun opdrachtgever ze vraagt te doen. Dat is niet zo vreemd want dat wordt ons al met de paplepel, thuis en op school, ingegeven. Het klassikale onderwijssysteem stimuleert nog te weinig de zelfwerkzaamheid en spreekt nog te weinig de talenten van de kinderen aan. Wanneer we ‘baas’ worden over onszelf hoeven we niet langer het denken aan de ‘baas’ over te laten.

Diversiteit
Het overgrote deel van onze workforce bestaat uit blanke mannen, met de daarbij behorende cultuur. Mensen die afwijken van de norm vallen al gauw buiten de boot of voelen zich daarin niet prettig. Tijdens mijn studie deed ik bij mijn eigen werkgever een onderzoekje. Ze wilden meer vrouwen in het arbeidsproces, maar dat wilde maar niet lukken. Wat bleek: ze zochten blanke mannen. Dat was namelijk het profiel van de gewenste kandidaat. Maar er zijn nog zoveel meer vissen in de vijver, maar dan moeten we wel bereid zijn om die in onze cultuur binnen te laten.

Erfenis van de industriële revolutie
We kunnen niemand verwijten dat we werken zoals we dat doen. We doen dat namelijk al meer dan tweehonderd jaar op deze manier. Het wordt hoog tijd dat we het anders gaan aanpakken. De ideeën zijn er de mogelijkheden zijn er, nu de wil en de lef om het te doen. Alleen dan kunnen we namelijk de krapte op de arbeidsmarkt te lijf gaan.

*Mentaal verzuim is een geregistreerde term van United Sense